Het boek “Een vlucht
regenwulpen” is een boek van Maarten het Hart. Het verhaal gaat (tot nu toe)
over een depressieve jongen die heel alleen is. Hij heeft een geïsoleerde
opvoeding gehad, en sluit zich op in zijn laboratorium. Ik raad dit boek niet
aan om te lezen, omdat je er zelf heel chagrijnig word en misschien ook zelfs depressieve
neigingen krijgt. Maarten is verlieft op ene Martha, alleen door zijn
geïsoleerde opvoeding, durft hij amper contact met haar te zoeken, en m.b.v.
zijn depressieve neigingen, zwijmelt hij weg en verwaarloost zichzelf.
Daarnaast denkt ie ook snel te sterven, dus al met al is het een boek die ik je
niet aanraadt om te lezen, vooral omdat zijn depressieve trekjes in 4300
vergelijkingen wordt beschreven.
woensdag 24 september 2014
zondag 1 juni 2014
Emphatie
Empathie
1.
Empatisch
vermogen is niets meer dan het aanvoelen van anderen, het invoelen van gebeurtenissen.
2.
Stelling
|
Klopt het?
|
Want in de tekst
staat ...
|
|
1
|
Door het lezen
van verhalen kunnen
|
Nee
|
Door het lezen van romans en poëzie kunnen mensen
zich beter inleven in anderen.
|
mensen zich
beter inleven in anderen.
|
|||
2
|
Door het lezen
van gedichten kunnen mensen zich beter inleven in anderen.
|
Nee
|
Door
het lezen van romans en poëzie kunnen mensen zich beter inleven in anderen
|
3
|
Dat mensen zich
beter in anderen
|
Ja
|
Direct hierna
volgden tests waarbij zij onder meer gezichtsuitdrukkingen beoordeelden.
|
kunnen inleven,
kun je zien aan hun
|
|||
gezicht.
|
|||
4
|
De proefpersonen kregen
willekeurige
|
Nee
|
Sommige
vrijwilligers
lazen Tsjechov, andere lazen verhalen van ‘mindere’ literaire statuur
|
teksten te lezen.
|
|||
5
|
In literaire
fictie komen mensen met
|
Ja
|
Bij populaire
fictie is dit volgens de onderzoekers minder het geval, omdat de
hoofdpersonen
zich een stuk
voorspelbaarder gedragen.
|
een meer
ingewikkeld karakter voor.
|
|||
6
|
In literaire
fictie gedragen de personen zich onvoorspelbaar.
|
Ja
|
|
De
onderzoekers denken dat dit komt doordat literaire fictie gelaagde karakters
beschrijft.
Lezers moeten
zich maximaal inleven in de gedachtewereld van de hoofdpersoon.
|
|||
7
|
Het was al
bekend dat lezers van
|
Nee
|
|
literatuur een
groter empathisch vermogen hadden.
|
|||
Dit is het
eerste onderzoek dat een direct causaal verband tussen literatuur en
empathisch
vermogen aantoont
|
|||
8
|
Dit Amerikaanse onderzoek
vertelt
|
Nee
|
De
wetenschappers hopen met dit onderzoek de educatieve en maatschappelijke
waarde van
literatuuronderwijs aan
te tonen.
|
niets nieuws.
|
|||
9
|
Het is zeker dat
empathische mensen meer literatuur lezen.
|
Ja
|
|
Mensen die
literaire fictie
lazen, scoorden het hoogst.
|
|||
10
|
Het is hard
nodig dat de waarde van literatuur wordt aangetoond.
|
Ja
|
|
. Dit
vinden zij hard nodig, want romans lezen daalt al jaren als
vrijetijdsbesteding.
|
|||
11
|
Een blijvend
effect van het lezen van
|
Ja
|
Dat blijft
onduidelijk
|
literatuur is niet
aangetoond.
|
|||
12
|
Alleen literatuur
vergroot het
|
Nee
|
Ook hopen
ze te
bepalen hoe
andere kunstvormen, zoals toneelstukken en films, empathische vaardigheden
kunnen
versterken.
|
empathische
vermogen van de mens.
|
|||
13
|
De beschrijving
van de gelaagde
|
Ja
|
De
onderzoekers denken dat dit komt doordat literaire fictie gelaagde karakters
beschrijft.
|
karakters is het
kenmerk van literatuur
|
|||
dat de empathische
vermogens
|
|||
versterkt.
|
3.
Beste Meneer/Mevrouw,
Mijn naam is
Patrick Ceelie, ik ben 15 jaar oud, ik woon in Diemen, en ik ben een leerling
aan u school. Ik heb gisteren een artikel gelezen waar de samenhang tussen
empathie en literatuur beschreven word. Als ik dit artikel lees, dan word ik
verdrietig van het feit dat wij zo weinig literatuur in de lessen
voorgeschoteld krijgen.
Ik vind dat
wij, leerlingen van het Vechtstede College Weesp, meer tijd moeten besteden aan
de Nederlandse literatuur, omdat dit je empatisch vermogen ontwikkelt. Empathie
is een goed eigenschap, die je als mens beter maakt. Het lezen van literaire
fictie zorgt daarnaast ook voor een beter inlevingsvermogen. Ik ben al van
vroegs af aan een enthousiaste lezer, dus alleen daarvoor zou ik al meer
literaire opdrachten willen maken in plaats van de alledaagse grammatica &
spellingsopdrachten.
Ik verzoek u,
als directie van deze school, de Nederlandse lessen meer literair te maken. Samengevat,
laat bijvoorbeeld elke leerling een
literair boek per periode lezen, en hem/haar opdrachten daarover maken.
Met
vriendelijke Groeten,
Patrick Ceelie
V4B
4.
Beste Meneer/Mevrouw,
Mijn naam is
Patrick Ceelie, ik ben 15 jaar oud, ik woon in Diemen, en ik ben een leerling
aan u school. Ik heb gisteren een artikel gelezen waar de samenhang tussen
empathie en literatuur beschreven word. Nou heb ik het niet zo op literatuur,
maar in het artikel stond ook dat andere culturele uitingen als muziek, films
& toneel ook invloed hebben op de empathie.
Helaas
luisteren we nooit muziek, kijken we nooit films & gaan we (bijna) nooit
naar het toneel.
Ik vind dit
erg teleurstellend, en ik vraag daarom ook om verandering. Ik vind dat we veel
meer tijd moeten besteden aan bovenstaande punten, omdat het je empatisch
vermogen en je inlevingsvermogen ontwikkelt. Ik denk dat iedereen het ook leuk
vind om naar muziek te luisteren, of om naar een film te kijken. Leuk en
leerzaam dus!
Ik verzoek u
dus om de werkwijzer van de Nederlandse taal en literatuur om te gooien, en wat
meer culturele activiteiten in te plannen.
Met
vriendelijke Groeten,
Patrick Ceelie
V4B
Oorlogsgeheimen (Literatuuropdracht Periode 3)
Samenvatting “Oorlogsgeheimen”
Tuur is een
elfjarige jongen, wonende in een dorpje in Zuid-Limburg. Op 1940 vallen de
Duitsers Tuur’s dorpje binnen. In een van de volgende nachten, schrikt Tuur
wakker. Hij hoort sirenes. Samen met de familie gaan ze naar de schuilkelder
van de buurman. Als ze in de kelder zijn horen ze een enorme knal. Nadat het
rustig word, gaat Tuur’s vader en Leo op onderzoek uit.
De volgende
ochtend loopt hij samen met zijn buurmeisje Maartje naar school. Maartje en
Tuur zijn nieuwsgierig wat er gebeurd is. Ze rennen snel naar het bos, waar ze
een enorm vliegtuig die is neergestort is tegenkomen. Na een tijdje gekeken te
hebben renden ze verder naar school.
Als Tuur ’s
middags thuis huiswerk zit te maken hoort hij opeens gerommel op de zolder. Hij
kan zijn nieuwsgierigheid niet onderdrukken en hij besluit een kijkje te gaan
nemen. Als hij op de zolder aankomt ziet hij een Engelse piloot staan. De
piloot zegt dat hij het zijn mond moet houden, en hij gaat weer weg.
De volgende dag
gaat Tuur naar Maartje als ze een beetje zitten te praten vertelt Tuur dat hij
verliefd op haar is, Maartje zegt hetzelfde. Ze besluiten om verkering met
elkaar te krijgen. Als Maartje haar geheime kamer laat zien vertelt ze haar
geheim dat ze joods is en dat zij niet uit IJmuiden komt maar uit Amsterdam.
Tuur valt bijna van verbazing van de stoel. Nu moet hij een geheim vertellen.
Hij vertelt dat ze een Britse soldaat op de zolder hebben.
Diezelfde avond
stopt er een vrachtwagen in het dorp, Tuur wordt er wakker van. Hij ziet dat ze
bij Maartje aankloppen en dat de soldaten Maartje meenemen. Tuur wordt woest.
Hij rent naar beneden maar voor hij de deur uit kan vluchten houdt z’n vader
hem tegen.
Op een dag krijgt
Leo een brief dat hij zich moet melden in Duitsland om daar te werken. Maar het
verzet weet hem toch te verstoppen en op een dag schiet hij zelfs een Duitser
neer, als de familie dit hoort pakken ze snel hun spullen en gingen naar de
grotten. Daar wachtten ze net zo lang totdat Nederland bevrijd werd van de
Duitsers. Tuur heeft Maartje nooit meer terug gezien. Waarschijnlijk is zij in
een concentratiekamp om het leven gekomen, in een gaskamer.
Recensie (voorstelling, maar het boek heeft
dezelfde inhoud)
EMMELOORD –
Oorlogsgeheimen, een verhaal dat de kinderen van nu zich niet meer voor kunnen
stellen. Overvliegende bommenwerpers, gebons op de deur en Duits gebrul
schallen zondag door de theaterzaal van ‘t Voorhuys. Schrik gaat door de zaal.
Spannend is de voorstelling. Zo ging het echt in de oorlog, realiseren de
bezoekers zich.
Het verhaal van
Jacques Vriens speelt zich af in het door de Duitsers bezette Zuid Limburg,
waar de mergelgrotten bescherming bieden. Het verhaal wordt verteld door Tuur
Ramakers. Tien jaar na de bevrijding herinnert hij zich zijn avonturen met
Maartje Holtermans – eigenlijk de Joodse Tamar Cohen – in de oorlog. Maarten
Ebbers en Ida van Dril spelen de kinderen, de volwassen man, de vrouwelijke
herinnering en alle personages die voorkomen in het verhaal. Knap hoe zij met
kleine veranderingen de personages geloofwaardig neerzetten.
Het decor is
simpel. Een aantal deuren, een muur, die net zo makkelijk verandert in een bed,
een raam en een bureautje. In het spel wordt het decor bijna onmerkbaar keer op
keer anders neergezet, omgedraaid of op z’n kant gezet. Zo speelt het verhaal
zich af in verschillende ruimtes, die door het overtuigende spel van de acteurs
hun eigen identiteit krijgen.
Het is een
spannende muzikale voorstelling vol herinneringen, geheimen, angst en
vriendschap. Klein, intiem, lief, soms verdrietig, maar soms ook blij.
Indrukwekkend en heel spannend! Een verhaal, een stukje geschiedenis dat goed
is om het te kennen.
Door Margot
Maljaars
Mijn mening
Ik vind dit boek
heel mooi geschreven, zonder al die langdradige vergelijkingen die je meestal
terugvind in de volwassenenromans.
Verder heeft het boek een goede inhoud, namelijk hoe het er aan toeging
in de 2de Wereldoorlog in een (in dit geval) Zuid-Limburgs dorpje.
Dit boek bewijst maar weer, dat een makkelijk te lezen boek, geen slecht boek
voor de jeugd hoeft te zijn. Het boek eindigt op een andere manier dan ik
verwacht had, maar dat maakt het boek misschien nog wel beter.
Jacques Vriens
De schrijver
van het boek is Jacques Vriens. Hij was voordat hij ging schrijven een leraar
op een basisschool. Het werk op de school inspireerde hem om te gaan schrijven.
Je merkt ook aan zijn manier van schrijven dat hij het fijn vindt om met kinderen
om te gaan.
Het boek heet
“Oorlogsgeheimen”. Het boek is uitgegeven in 2007 door Van Holkema &
Warendorf. Het genre is: Oorlogsdrama. Het thema van het boek is, onderdrukking
& oorlog. Het verhaal loopt in chronologische volgorde.
woensdag 28 mei 2014
Afval
Patrick Ceelie
Galjoen 31
1113GR Diemen
Nederland
Weesp, 28 Mei
Willem C. van
Unnikgebouw
Heidelberglaan 2
3584 CS Utrecht
t.a.v. J. Cramer.
Geachte mevrouw Cramer,
Mijn naam is Patrick
Ceelie, ik ben 15 jaar oud, wonende in Diemen. Ik volg het vierde jaar VWO op
het Vechtstede College ter Weesp.
Ik heb uw recensie
over het scheiden van afval gelezen. Ik ben het met u eens dat er meer
gescheiden moet worden. Als stimulering voor het scheiden kan je een soort
subsidie invoeren. Dit betekent dat als je je afval scheid, je een vergoeding krijgt
dat de mensen stimuleert om afval te scheiden. Er zijn ook andere manieren om
het scheidproces te stimuleren, maar hoofdzakelijk gaat het erom, dat mensen aangespoord
worden om afval te scheiden.
Daarnaast moet je ook
realistisch blijven. Ik bedoel: mensen zullen geen etiketten van een plastic
fles halen om die te scheiden. Door het gescheiden afval, kan er beter
gerecycled worden. Hoe te recyclen, heb ik geen verstand van, maar als wij onze
afval scheiden en de recyclefabrieken ons gescheiden afval ontvangen, dan
kunnen zij hun werk doen om op een duurzame manier optimaal te scheiden.
Ik hoop u genoeg
geïnformeerd te hebben over mijn mening, en dat u open staat om mijn mening te
begrijpen en te respecteren.
Met vriendelijke
groeten,
Patrick Ceelie
vrijdag 2 mei 2014
Allerzielen (Periode 4)
Het boek ‘Allerzielen’ is geschreven door Cees
Nooteboom. Cornelis Johannes Jacobus Maria (Cees) Nooteboom is een schrijver
van voornamelijk poëzie, reisverslagen en romans. Hij is geboren op 31 Juli
1933 in Den Haag. In zijn jeugdjaren was hij een vervelend jongetje, en werd
van school gestuurd. Na de dood van zijn vader bij een bombardement, is hij
door zijn stiefvader op kostscholen gezet en heeft alsnog zijn middelbare
school afgemaakt. Hij zwierf door Europa heen en schreef er een boek over. Dit
bleek een succes en spoorde hem aan om meer boeken te schrijven, zo ook
Allerzielen
Allerzielen speelt zich af in het jaar 1998.
De hoofdpersoon, Arthur Daane, is producent en cameraman van speciale
documentaires. Hij reist de hele wereld af voor deze documentaires af. Hij is
geboren Amsterdammer en is net klaar met het gymnasium af. Zijn vrouw Roelfje
en zoontje Thomas zijn bij een vliegtuigongeluk tijdens de vlucht van Schiphol
naar Malaga omgekomen. Arthur verblijft in Berlijn, want hijzelf heeft geen
vaste verblijfplaats. Arthur heeft veel vrije tijd (tussen de filmopdrachten
door) en heeft hierdoor veel tijd om na te denken. Met zijn grote fantasie denkt
hij dan ook constant over alles na. In het begin ontmoet Arthur Victor. Victor
is een Nederlandse beeldhouwer die beschikt over veel Duitse kennis. Arthur
leeft zoals zijn beroep, hij filmt en aanschouwt alles, hij neemt geen deel aan
het leven. In een flashback heeft Arthur een gesprek met zijn vriendin Erna.
Erna probeert Arthur's leven weer op de rails probeert te krijgen. Na een
wandeling door Berlijn gaat Arthur een soort café waar voornamelijk wijn
gedronken word binnen waar hij Arno Tieck en Zenobia Stejn ontmoet. Arno is een
Duitse filosoof. Zenobia is de tweelingzuster van Arno's vrouw Vera. Beide
zussen zijn van Russische afkomst. Vera is schilderes en Zenobia is astronoom.
De vier vrienden brengen veel tijd samen door in het café. De rest van zijn
dagen in Berlijn vult Arthur met het lezen van kranten in de openbare
bibliotheek van Berlijn. Hier komen we dan ook voor het eerst Elik Oranje
tegen. Hun ontmoeting is stom toeval maar de tweede ontmoeting maken ze een
afspraakje om wat te gaan drinken. Elik blijkt een Nederlandse moeder en een
Marokkaanse vader te hebben. Haar vader kent ze niet. Elik is studente en volgt
in Berlijn haar lessen. Ze doet onderzoek naar een Spaanse koningin die een
tragisch maar heldhaftig leven leidde in de middeleeuwen. Arthur en Elik krijgen
een affaire, maar staan zichzelf niet toe een relatie op te bouwen. Arthur
krijgt een opdracht om voor de BRT naar Estland af te reizen om een
documentaire te filmen. Arthur vertrekt zonder afscheid te nemen van Elik. Weer
terug in Berlijn wordt hij door zijn vrienden op de hoogte gebracht van het
feit dat Elik naar Spanje is vertrokken om meer inzicht te krijgen in haar
koningin. Arthur reist haar achterna, en ontmoet haar in de bibliotheek van
Madrid. Elik heeft een abortus laten plegen, omdat ze van hem in verwachting
geraakt was. Arthur is woedend en wil haar nooit meer zien. Hij dronk zichzelf
dronken en later die nacht wordt hij door twee mensen het ziekenhuis
ingeslagen. Na 2 weken in coma gelegen te hebben, is het bijna 2 november. De
zielen van de gestorvenen kijken het hele jaar uit naar 2 november, die ene dag
waarop ze herdacht worden, echter is het voor Arthur Daane iedere dag Allerzielen.
Ik vind Allerzielen geen liefdesverhaal,
maar meer een avonturenverhaal, omdat de hoofdpersoon allemaal reizen maakt, en
bovendien de affaire weinig met liefde te maken heeft. Berlijn word in het boek
gedetailleerd beschreven en je kan er mooie wandelingen maken. Het verhaal
speelt zich af vlak na de val van de Berlijnse muur en is er veel afkeer tegen
de Oost-Duitse bevolking. Ik vind Arthur niet ontheemd, omdat hij geen vaste
verblijfplaats heeft, dus hij heeft niet echt een huis, maar hij kan zich wel
ergen thuis voelen, dus daarom ben ik het daar niet mee eens. Hij voelt zich
thuis in Berlijn omdat er gezellige en leuke mensen wonen. Hij ontmoet onder
andere Arno Tieck, Zenobia Stejn, Elik, Vera en nog veel meer. Elik Oranje is een studente waarmee Arthur
een affaire meekrijgt.
Ze is zacht van aard, maar heeft een
slechte jeugd gehad, omdat ze liefdeloos werd opgevoed.
Daardoor is ze zeker getekend, want ze
ondervind elke dag de gevolgen er van (ze wil geen relatie met iemand). Het
boek eindigt heel triest en het citaat ‘De ondergang van Kasj’ van Robert
Calasso kenmerkt juist de tragedie.
Recensieopdracht
Ik vind dat de mening van de recensente niet duidelijk naar
voren komt, echter lijkt het alsof zij de manier van schrijven van Nooteboom
bewondert. De recensie is meer een uiteenzetting over waar de tekst inhoudelijk
overgaat. Zoals over het Duitse verleden dat iedere keer weer terugkomt in het
boek, bovendien word er in het boek vaak gesproken over ‘wij’ wat verwijst naar
de lezers.
Mijn mening over het boek is dat het mooi geschreven is, de
tijd/plaats spreekt me aan, het verhaal is leuk, alleen vind ik het ietwat
langdradig en diepzinnig in negatieve zin. Ik ben het met de recensente eens over het feit dat het boek mooi
geschreven is. Ik ben het alleen niet eens met de argumentaties: ik vind ze
langdradig(vooral als Arthur over zijn vrouw en dochter filosofeert, maar de recensente vind ze mooi.
Keuzeopdracht
4 nieuwe titels voor het boek zijn:
Keuzeopdracht
4 nieuwe titels voor het boek zijn:
- Cameraffaire, een samenvattende titel
- De reiziger, een titel wat de bijzaken samenvat
- Verloren, een aansprekende titel die staat voor enige emotie
- Het leven van een avonturier, een algemene titel
Gedicht1
Soms loopt er door een drukke straat
ineens een oude kameraad
of reisgenoot.
Je weet zodra je hem begroet:
het kan niet dat ik hem ontmoet,
want hij is dood.
Eerst ben je nog een tijd verbaasd
omdat die levende toch haast
die dode was.
Heb je de zaak dan afgedaan,
dan komt er weer zo'n dode aan,
met flinke pas.
Thuis van het dodencarnaval
zie je de spiegel in de hal,
je schrik is groot:
die man daar in het spiegelglas,
met die bekende regenjas,
was die niet dood?
Dit gedicht is geschreven door Willem Wilmink
Dit gedicht gaat over Allerzielen, alleen vind ik hem ietwat negatief geschreven.
Allerzielen is dan ook niet een positief onderwerp, maar je kan het wel opfleuren door middel van een betere woordkeuze, structuur & zinsbouw.
Een ander gedicht wat ook deels met dit thema (ook geschreven door Willem Wilmink) :
Dood zijn duurt zo lang
Het is niet fijn om dood te zijn,
soms maakt me dat een beetje bang.
Het doet geen pijn om dood te zijn,
maar dood zijn duurt zo lang.
soms maakt me dat een beetje bang.
Het doet geen pijn om dood te zijn,
maar dood zijn duurt zo lang.
Als je dood bent, droom je dan?
En waar droom je dan wel van?
Droom je dat je in je straat
langzaam op een trommel slaat?
Dat iemand je geroepen heeft?
Droom je dat je leeft?
En waar droom je dan wel van?
Droom je dat je in je straat
langzaam op een trommel slaat?
Dat iemand je geroepen heeft?
Droom je dat je leeft?
Maar ach, wat maak ik me toch naar,
het duurt bij mij nog honderd jaar
voor ik een keertje dood zal gaan.
het duurt bij mij nog honderd jaar
voor ik een keertje dood zal gaan.
Ik laat vannacht een lampje aan.
Beide gedichten gaan over de dood (Allerzielen is een herdenkingsdag waar alle overledenen herdacht worden).
Erik Of het klein insectenboek
Godfried
Bomans is de schrijver van het boek ‘Erik of het klein insectenboek’.
Godfried
Jan Arnold Bomans (voluit) is geboren op 2 maart 1913 in Den Haag.
Godfried
schreef al columns van vroeg af aan: hij was de redacteur van de schoolkrant en
toonde veel literaire belangstelling. Na zijn tijd op de middelbare school
studeerde hij rechten op de Universiteit van Amsterdam (UvA).
In
1932 publiceerde Godfried Bomans zijn eerste boek: met Drijfjacht en Gebed voor
Nederland.
Godfried
Bomans schreef dit onder een schuilnaam. Eind 1939 schreef Godfried Bomans zijn
beroemdste boek: Erik of het klein insectenboek. Dit boek is zelfs verfilmd in
2004 door Gidi van Liempd.
Veel
literaire prijzen heeft Bomans niet gewonnen, eigenlijk geen een. Onderscheiden
kreeg hij echter wel. Zo is er een planetoïde naar hem vernoemd. Ook zijn er
straten naar hem vernoemd.
Godfried Bomans is ook nog eens één echte
mediapersoonlijkheid. Zijn manier van doen op de tv maakte hem een bekende
Nederlander. Die manier van doen; Godfried was een echte lolbroek, heeft de recensies
voor zijn boekjes, verslagen etc. vaak in de weg gezeten.
Bomans was katholiek gelovig, maar niet een echte
strenge katholiek.
Dit blijkt uit een brief aan A. van Roon waarin hij
schreef dat geen vernieuwing in de katholieke Kerk mij te hoog gaat. Toen
Bomans dit noteerde stond het gedwongen ongehuwd blijven van priesters ter
discussie.
Godfried Bomans overleed op 22 december 1971 in
Bloemendaal aan een hartaanval.
Hij werd begraven op kerstavond en is maar 58
jaar oud geworden.
Erik of het klein
insectenboek is een leuk boek om te lezen omdat het heel origineel is en mooi geschreven.
De ietwat ouderwetse schrijfwijze zorgt ervoor dat je woorden leert kennen,
waar je nog nooit van hebt gehoord.
De inhoud van het boek
maakt het plaatje compleet: Terwijl iedere onderzoeker een insect vergroot
worden in dit boek juist wij verkleind tot de insecten. Dit is een groot
pluspunt van het boek. In het boek krijg je het idee van het dagelijks leven
van de mieren, de vlinders, de rupsen, de meikevers en nog veel meer.
In
het boek merk je dat de meeste insecten juist heel beleefd en gastvrij zijn,
terwijl je, als we terug in realiteit gaan, ziet dat we insecten vermoorden
door mieren te vergiftigen en vliegen dood te slaan.
Het meeste dat me raakte in het boek is
de rups die zich ontpopte in het hotel. De reactie van de slak was heel erg bot.
Echter nam Erik het voor hem op.
Het verhaal is mooi gedetailleerd
geschreven. Kortom, een aanrader!
Ik heb voor de reclamecampagne een
brochure gemaakt:
Bronvermelding:
De informatie over de
auteur heb ik uit de volgende URL’s gehaald:
De lofrede en de brochure heb ik zonder
gebruik van bronnen gemaakt.
Sonny Boy
Ik heb het boek Sonny Boy gelezen. Ik vind
het een leuk boek om te lezen
en dus een echte aanrader.
Het boek is geschreven door Annejet van der
Zijl. Annejet is opgegroeid in
een Fries gezin. Na het gymnasium studeerde
ze eerst kunstgeschiedenis,
maar is toen overgestapt naar de
massacommunicatie. Eind 2000 stopte
Annejet met haar werk en begon zich
volledig te concentreren op het
schrijven van boeken. Haar eerste boek,
Anna, kwam uit in 2002 en met
datzelfde boek werd ze genomineerd voor de
Gouden Uil en won zelfs de
Zeeuwse Boekenprijs. 2 jaar later volgde
het boek Sonny Boy, waarmee
Vele prijzen zijn gewonnen. Het boek Sonny
Boy is zelfs verfilmd, wat
400.000 bezoekers trok en bovendien een
Oscar won voorde beste
niet-Engelse film. Annejet woont nu in Amsterdam met haar man.
Het boek dat ik heb gelezen heet ‘’Sonny
Boy’’ omdat Waldy (de zoon van Rika en Waldemar) Rika en Waldemar ‘’vrolijk’’
maakten in de zware tijden, en vandaar kreeg Waldy de bijnaam Sonny Boy.
Het boek Sonny Boy verscheen in 2004. Het boek is uitgegeven door uitgeverij Nijgh & Van Ditmar.
Het boek is een biografische roman in
oorlogstijd.
Recensie
Annejet van der Zijl heeft een fijne
schrijfstijl. Ze gebruikt geen moeilijke
woorden of lange zinnen. Wat niet makkelijk te begrijpen is definieert ze, maar
ze geeft geen overbodige informatie.
Het jammere van het boek is dat het wel een
biografie blijft vol met historische feiten.
Hierdoor raakt het boek me niet.
Beschrijving van het plot
Rika woonde samen met haar man Willem tot
ze plotseling scheidden en een nieuwe man ontmoette. Rika kwam in contact met
een Surinaamse jongen genaamd Waldemar die haar dienstjongen wordt. Al snel
lijken Waldemar en Rika elkaar leuk te vinden. Willem vond dit afschuwelijk.
Hij dacht dat Rika hem terug wilde zodat ze samen voor de kinderen konden gaan
zorgen. Als blijkt dat Rika zwanger is van Waldemar, word Willem helemaal gek
en verbied de kinderen enig contact met Rika te hebben. Dit lukt hem, en nu
werd Rika gek. Alleen Bertha, de oudste dochter van Rika houdt stiekem contact
met haar moeder, waardoor Rika toch nog iets weet over het groeien van haar kinderen.
In 1929 wordt Waldy, de zoon van Waldemar
en Rika geboren. Omdat Waldemar en Rika bijna geen geld hebben worden ze het
huis uitgezet en staan ze op straat samen met hun kleine kind. Ze vinden een
huis in Scheveningen en samen met de zus van Waldemar beginnen ze een pension.
Als Waldy acht jaar is besluiten Rika en
Waldemar te gaan trouwen.
Vervolgens breekt de oorlog uit en
aangezien Rika en Waldemar nog steeds het pension in Scheveningen hebben,
besluiten ze om daar joden onder te laten duiken. Wanneer de huizen in
Scheveningen worden gesloopt, besluiten
ze om een nieuw huis in Scheveningen te zoeken. Hier beginnen ze weer met het
pension en al snel duiken hier ook weer joden onder. In 1944 werden ze
verraden, en moesten meegaan. Ze komen in een cel waar ze een lange tijd apart
van elkaar verblijven. Waldemar wordt overgeplaatst naar een kamp in Vught.
Rika wordt veroordeeld en krijgt levenslang, en ook zij gaat naar Vught. Daar
kunnen Rika en Waldemar elkaar nog af en toe zien tussen de hekken door. Waldy
verblijft bij de familie. Toen ook nog eens Rika en Waldemar overgeplaatst
worden naar 2 andere kampen in Duitsland, is niemand meer bij elkaar.
Kenmerken van het boek
Wat me opviel is de manier van schrijven in
het boek. Het is autobiografisch geschreven met lichtelijk een verhaallijn
erin. Alle moeilijke woorden/zinnen werden uitgelegd, waardoor je wel alles
begreep. Maar hoe je het went of keert, het blijft een autobiografisch verhaal,
en ik vind het niet fijn om dit soort boeken te lezen als vrijetijdbesteding.
Ik had eerlijk gezegd een andere
verwachting van dit boek. Het was een mooi verhaal waar je al gelijk mee gaat
leven met de personen. Doordat het verhaal alleen maar is opgebouwd uit feiten
en uit waargebeurde verhalen krijg je een open en realistische blik op de
tweede wereldoorlog. Al met al vond ik het dus wel een goed boek om te lezen:
je moet er van houden.
Iets anders wat me opviel is dat het boek tekst
uit brieven bevat die zijn herschreven. Tenslotte is het boek ook aardig in
chronologische volgorde geschreven, op het gedeelte na dat Rika haar leven
terug bekijkt. Het verhaal is geschreven vanuit een auctoriaal
vertellers-perspectief. Het verhaal is non-fictie waarbij Annejet van der Zijl
een situatie schetst die historische feiten verduidelijken. In dit boek was dat
bijvoorbeeld hoe men dacht in de jaren 30 over huwelijken tussen katholieken en
protestanten en relaties tussen witten en zwarten.
Nieuw Einde
Rika komt terecht in een Duits
concentratiekamp. Daar werkt ze heel hard en het ziet er naar uit dat ze het
gaat overleven. Maar plotseling slaat een epidemie over het hele
concentratiekamp en Rika lijdt aan een vreselijke ziekte die ze niet overleefd.
Rika was te ziek om nog te werken en ze werd vergast in een vergaskamer.
Waldemar werkt zich ook kapot in het kamp. Hij heeft het helemaal zwaar, omdat
zijn afdelingsleider ook een hekel heeft aan zwarte mensen. Op een dag werd het
kamp gebombardeerd door onbekende terroristen. Waldemar weet te ontsnappen aan
de dood, en overleeft bij het kamp met het eten wat daar nog te vinden is.
Uiteindelijk, toen het eten op was, begon hij te dwalen door het bos op zoek
naar een nabije stad. Dit lukt helaas niet, en hij verhongert.
Waldy werd geadopteerd door Willem. Dit zag
niemand aankomen. Waldy kan het goed vinden met al zijn halfzussen en zijn
halfbroertjes. Hij krijgt zijn eigen kamer, waarin hij een eigen plekje heeft
voor Rika en Waldemar. Hoewel het nog niet helemaal klikt tussen Willem en
Waldy, krijgt Waldy tegen alle verwachtingen in alsnog zijn leven in het
gareel.
Abonneren op:
Posts (Atom)